Net als ik me bedenk hoe fijn het is om in het zonnetje door de stad te lopen na een ochtend werken bij mijn favoriete koffiezaakje, hoor ik het. Ik zie het niet, maar ik weet meteen dat het het geluid van een vlakke hand op huid is. Ik hoor een kind huilen en ik hoor een boze vrouwenstem. Als ik de hoek omloop, zie ik jongetje op zijn buik op de grond liggen en zijn moeder die ‘m aan zijn arm omhoog wil trekken. Mijn maag draait zich om.

Versta ik dat goed?

Het jongetje, even oud als mijn zoontje (2) of misschien een half jaar ouder, heeft overduidelijk een driftbui. Hij jammert en is in ieder geval niet van plan om op te staan. Ik aarzel even, maar ik bedenk dat het me niets aangaat dus ik loop verder. De moeder geeft het op en loopt mopperend door. Ik hoop dat ik haar verkeerd versta als ik flarden opvang van ‘stok’ en ‘slaan’. Haar kind blijft nog even liggen en besluit dan om toch achter haar aan te sjokken.

Een stukje verder staat een vrouw met de andere 2 kinderen van de moeder, zij roept naar de moeder iets in de trant van dat het herkenbaar is en dat ze dat ook heeft meegemaakt. Als het jongetje die vrouw bereikt, pakt deze zijn hand en sleurt hem mee. De moeder is dan al verderop bij een marktkraam iets aan het uitzoeken.

huilen-driftbui-mag-het-liefdevoller

Machteloos

Ik blijf even staan om te kijken, maar ik weet niet goed waarom en ik weet ook niet zo goed wat ik moet doen. Ik kan niks doen, want in feite heb ik niks gezien. En daarnaast is het niet aan mij om een andere moeder op haar manier van opvoeden te wijzen. Maar dit raakt me. En hard ook.

Wat wil ik graag dit jongetje oppakken, vasthouden en niet meer loslaten. Want wat er ook is gebeurd – ik heb geen idee wat eraan vooraf is gegaan – een kind van die leeftijd heeft van alles nodig, maar geen pak slaag. Begrip, liefde, duidelijkheid, communicatie dat allemaal wel. En misschien wel even een strenge toespraak, wat je wil, maar niet dit. Niet zo. Maar zoals ik al zei: ik weet niet wat er is gebeurd en het is ook niet aan mij om erover te oordelen. Toch voel ik me machteloos en kan ik het niet loslaten.

tranen-vermoedens-machteloos-mag-het-liefdevoller

Tranen

Omdat ik tranen voel opwellen, loop ik verder. Ik kan ze niet stoppen, dus blijf ik even voor een etalage staan en laat mijn tranen de vrije loop. Uit alle macht probeer ik te bedenken of ik alles goed heb gezien en gehoord. Ik probeer de situatie te begrijpen en vooral ook het gedrag van de moeder en die andere vrouw. Misschien had de moeder ook een week met gebroken nachten achter de rug, net als ik. Met kindjes die niet wilden slapen. Of die niet konden slapen vanwege snotneusjes, net als die van mijn verkouden peuter. Misschien had ze voor de 100ste keer gezegd dat haar zoontje écht niet dat ene speelgoed mocht, of een ijsje, of op de schommel. Of misschien was er wel meer aan de hand.

Begrip?

Hoe hard ik ook probeerde om begrip op te brengen voor de moeder – we schieten allemaal weleens uit onze slof als het teveel is, nietwaar? – het lukte me niet. Het enige wat ik, maar blijf denken is: mag het wat liefdevoller?